De "Loden" mantel voor officieren - 1939
Geplaatst: 26 apr 2020 14:11
Hallo,
Op 2 mei 1939 verschijnt er een circulaire waarin het officieren toegestaan wordt om een "loden" mantel te dragen. Helemaal achteraan deze circulaire wordt nog gemeld dat de waterdichte gabardine (regenjas) per 1 juli 1940 niet meer gedragen mag worden. Of de loden mantel daarmee de opvolger was van de regenjas is niet geweten. Misschien sneuvelde die om de uniformiteit onder de officieren niet al te veel op de proef te stellen.
Volgens Wikipedia is "loden" een stof van Tiroolse oorsprong. Het is een waterdichte, kortharige uit wol vervaardigde stof, voor het eerst geproduceerd door boeren in Oostenrijk. De stof is gemaakt van de ruwe, olieachtige wol van bergschapen en heeft een traditionele blauwgroene kleur. De naam is afgeleid van het Middelhoogduitse 'lode' of uit Oudhoogduitse 'lodo', wat 'grof doek' betekent.
Om loden te produceren, worden sterke garens tot een doek geweven. Vervolgens ondergaat deze doek een langdurig proces waarbij de stof krimpt en steeds compacter wordt. Uiteindelijk krijgt het een viltachtige textuur. Vervolgens wordt de stof meermaals geborsteld zodat ze een goede warmte-isolatie, soepelheid, winddichtheid en duurzaamheid verwerft.
(Bron: https://nl.wikipedia.org/wiki/Loden)
De integrale circulaire kan hier geraadpleegd worden : http://www.abbl1940.be/ABBL1940files/Kl ... 1939NL.htm (met dank aan Piot1940). Deze circulaire was bestemd voor de officieren van het actieve kader. Het laat dan ook vermoeden dat dit kledingstuk niet bestemd was voor reserve-officieren (zie de aanhef van de circulaire). De enige kentekens die voorzien waren voor dit kledingstuk waren de graadaanduidingen op de kraag. Deze moesten geborduurd zijn op de kraag of op een stuk stof van dezelfde kleur die op de kraag genaaid werd.
Voorts werd de dracht van dit kledingstuk omschreven als facultatief en was het dragen ervan toegestaan buiten de dienst of bij die gelegenheden waar de uniformiteit van de kledij niet verplicht was. Hoe ver de draagwijdte van deze laatste bepaling reikte, is mij niet duidelijk. Zoals we hieronder kunnen zien, werd het immers ook gedragen tijdens oefeningen. Het is ook niet zeker of de richtlijnen strikt gevolgd werden door de kleermakers.
Op de foto (met dank aan Peter T om de foto te mogen gebruiken) zien we de nieuwe korpscommandant Kolonel Snoy Raymond S.L.I.G. (°14/10/1885), die de opvolger was van Raoul Van Overstraeten als korpscommandant bij het Regiment Artillerie van het Cavaleriekorps (A/CC). Kolonel Snoy zal de korpscommandant worden van het 19A tijdens de mobilisatie. Hij is in gesprek met een nog niet nader geïdentificeerde generaal-majoor. Het kan mijn inziens gaan om de nieuwe Commandant van de 2de Cavaleriedivisie, Generaal-majoor Briquet of om de Generaals-majoor Ninitte of De Droog. Meer info is zeker gewenst. Kolonel Snoy draagt alleszins de loden mantel. De foto is genomen tijdens een oefening van de A/CC. De vraag is dan ook wat de hoger vermelde bepaling in verband met de verplichte uniformiteit inhield.
Hieronder een loden mantel uit de verzameling (met dank aan Boris DB). Het was de mantel van een kapitein-commandant van de Jagers te Paard. De originele eigenaar heeft er werd nog een brevet van vlieger aan toegevoegd, hoewel dat niet in de circulaire toegestaan werd. Niettegenstaande het feit dat er nergens een eenheidsaanduiding op staat, noch een naam in staat, kwamen er maar twee officieren in aanmerking als eigenaar, namelijk Kapitein-commandant vlieger Verhaegen Romeo J. (2 JtP, 23/12/1887) en Kapitein-commandant vlieger Robin Louis M.O.A. (1 JtP, °01/06/1893). Kapitein-commandant Vlieger Verhaegen was op 10 mei 1940 commandant van de Vde Groep Versterking Wielrijders van het 7de Gemotoriseerd Regiment of 7Mo (Versterkings- en Opleidingscentrum Lichte Troepen). Het 7Mo dat op 1 februari 1940 te Etterbeek was opgericht, was gekazerneerd in de kazerne baron de Witte de Haelen en stod in voor de opvang en opleiding van niet-getrainde rekruten en van mobilisatie vrijgestelde reservisten van de verschillende regimenten Gidsen, Lansiers en Jagers te Paard (zie https://18daagseveldtocht.be/cavalerie/ ... -regiment/). Kapitein-commandant Vlieger Robin was in mei 1940 commandant van het 7de Eskadron Pantserwagens van het 2de Lansiers (zie https://18daagseveldtocht.be/cavalerie/ ... -lansiers/) (met dank aan eaw458). Uit een foto die op de pagina van het 7Mo staat, moet blijken dat lansiers, gidsen en jagers te paard hun kenteken behielden binnen het 7Mo (tenzij iemand het tegenbewijs kan leveren dat er een ander kenteken gedragen werd).
Moest er nog iemand foto's hebben van officieren met dergelijke mantel, kunnen de foto's hieronder geplaatst worden. Op die manier kan het gebruik en de verspreiding ervan beter gesitueerd worden.
Groeten,
Bram
Op 2 mei 1939 verschijnt er een circulaire waarin het officieren toegestaan wordt om een "loden" mantel te dragen. Helemaal achteraan deze circulaire wordt nog gemeld dat de waterdichte gabardine (regenjas) per 1 juli 1940 niet meer gedragen mag worden. Of de loden mantel daarmee de opvolger was van de regenjas is niet geweten. Misschien sneuvelde die om de uniformiteit onder de officieren niet al te veel op de proef te stellen.
Volgens Wikipedia is "loden" een stof van Tiroolse oorsprong. Het is een waterdichte, kortharige uit wol vervaardigde stof, voor het eerst geproduceerd door boeren in Oostenrijk. De stof is gemaakt van de ruwe, olieachtige wol van bergschapen en heeft een traditionele blauwgroene kleur. De naam is afgeleid van het Middelhoogduitse 'lode' of uit Oudhoogduitse 'lodo', wat 'grof doek' betekent.
Om loden te produceren, worden sterke garens tot een doek geweven. Vervolgens ondergaat deze doek een langdurig proces waarbij de stof krimpt en steeds compacter wordt. Uiteindelijk krijgt het een viltachtige textuur. Vervolgens wordt de stof meermaals geborsteld zodat ze een goede warmte-isolatie, soepelheid, winddichtheid en duurzaamheid verwerft.
(Bron: https://nl.wikipedia.org/wiki/Loden)
De integrale circulaire kan hier geraadpleegd worden : http://www.abbl1940.be/ABBL1940files/Kl ... 1939NL.htm (met dank aan Piot1940). Deze circulaire was bestemd voor de officieren van het actieve kader. Het laat dan ook vermoeden dat dit kledingstuk niet bestemd was voor reserve-officieren (zie de aanhef van de circulaire). De enige kentekens die voorzien waren voor dit kledingstuk waren de graadaanduidingen op de kraag. Deze moesten geborduurd zijn op de kraag of op een stuk stof van dezelfde kleur die op de kraag genaaid werd.
Voorts werd de dracht van dit kledingstuk omschreven als facultatief en was het dragen ervan toegestaan buiten de dienst of bij die gelegenheden waar de uniformiteit van de kledij niet verplicht was. Hoe ver de draagwijdte van deze laatste bepaling reikte, is mij niet duidelijk. Zoals we hieronder kunnen zien, werd het immers ook gedragen tijdens oefeningen. Het is ook niet zeker of de richtlijnen strikt gevolgd werden door de kleermakers.
Op de foto (met dank aan Peter T om de foto te mogen gebruiken) zien we de nieuwe korpscommandant Kolonel Snoy Raymond S.L.I.G. (°14/10/1885), die de opvolger was van Raoul Van Overstraeten als korpscommandant bij het Regiment Artillerie van het Cavaleriekorps (A/CC). Kolonel Snoy zal de korpscommandant worden van het 19A tijdens de mobilisatie. Hij is in gesprek met een nog niet nader geïdentificeerde generaal-majoor. Het kan mijn inziens gaan om de nieuwe Commandant van de 2de Cavaleriedivisie, Generaal-majoor Briquet of om de Generaals-majoor Ninitte of De Droog. Meer info is zeker gewenst. Kolonel Snoy draagt alleszins de loden mantel. De foto is genomen tijdens een oefening van de A/CC. De vraag is dan ook wat de hoger vermelde bepaling in verband met de verplichte uniformiteit inhield.
Hieronder een loden mantel uit de verzameling (met dank aan Boris DB). Het was de mantel van een kapitein-commandant van de Jagers te Paard. De originele eigenaar heeft er werd nog een brevet van vlieger aan toegevoegd, hoewel dat niet in de circulaire toegestaan werd. Niettegenstaande het feit dat er nergens een eenheidsaanduiding op staat, noch een naam in staat, kwamen er maar twee officieren in aanmerking als eigenaar, namelijk Kapitein-commandant vlieger Verhaegen Romeo J. (2 JtP, 23/12/1887) en Kapitein-commandant vlieger Robin Louis M.O.A. (1 JtP, °01/06/1893). Kapitein-commandant Vlieger Verhaegen was op 10 mei 1940 commandant van de Vde Groep Versterking Wielrijders van het 7de Gemotoriseerd Regiment of 7Mo (Versterkings- en Opleidingscentrum Lichte Troepen). Het 7Mo dat op 1 februari 1940 te Etterbeek was opgericht, was gekazerneerd in de kazerne baron de Witte de Haelen en stod in voor de opvang en opleiding van niet-getrainde rekruten en van mobilisatie vrijgestelde reservisten van de verschillende regimenten Gidsen, Lansiers en Jagers te Paard (zie https://18daagseveldtocht.be/cavalerie/ ... -regiment/). Kapitein-commandant Vlieger Robin was in mei 1940 commandant van het 7de Eskadron Pantserwagens van het 2de Lansiers (zie https://18daagseveldtocht.be/cavalerie/ ... -lansiers/) (met dank aan eaw458). Uit een foto die op de pagina van het 7Mo staat, moet blijken dat lansiers, gidsen en jagers te paard hun kenteken behielden binnen het 7Mo (tenzij iemand het tegenbewijs kan leveren dat er een ander kenteken gedragen werd).
Moest er nog iemand foto's hebben van officieren met dergelijke mantel, kunnen de foto's hieronder geplaatst worden. Op die manier kan het gebruik en de verspreiding ervan beter gesitueerd worden.
Groeten,
Bram