De 10-daagse Veldtocht, Slag van Kapellen – 3 augustus 1831

Van het prille begin tot de vooravond van de Eerste Wereldoorlog

Moderators: Exjager, piot1940, Bram1940

Plaats reactie
Gebruikersavatar
Paddy
Berichten: 7570
Lid geworden op: 28 mei 2011 10:25
Locatie: Dendermonde, Idiot Trench
Contacteer:

De 10-daagse Veldtocht, Slag van Kapellen – 3 augustus 1831

Bericht door Paddy »

Geplaatst: 12 Mei 2010 20:23

De 10-daagse Veldtocht

Artikel verschenen in de periodiek van de Heemkring Hoghescote van Kapellen “’t Bruggeske” nr 3 van 1 maart 1970, geschreven door dhr Henri Simon – uittreksel uit “De geschiedenis van het 12de Linie” door Kolonel Massart.



Zonder voorafgaande verklaring brak koning Willem op 2 augustus het wapenbestand en de Hollandse troepen overrompelden het Belgisch territorium.

Ons leger bestond uit vier onderdelen:
- het Scheldeleger, ongeveer 12.000 man sterk, gelegerd in de Antwerpse Kempen,
- het Maasleger, 12.000 man, in Limburg,
- het Leger van Vlaanderen, 4.000 man, opgesteld tegenover Zeeland,
- het Luxemburgs leger, 6.000 man, in de gelijknamige provincie.
Deze strategische ontplooiing wilde alles verdedigen, maar verdedigde in werkelijkheid niets. De Hollandse onderneming zou spoedig de kwetsbaarheid bewijzen.
Het plan van de Hollanders was eenvoudig. Het hoofdoffensief moest gebeuren langs het centrum en in de richting van Brabant. Het gros van hun leger, 37.000 man sterk, zou zich tussen de Belgische legers wringen en ze vervolgens verslaan.
Tezelfdertijd kwam het er op aan de verdeelde krachten van de tegenstrever voortdurend bezig te houden door aanvallen in Vlaanderen, in de omstreken van Maastricht en Antwerpen.
Bij het hernemen van de vijandelijkheden maakte het 12de Linie deel uit van de 3de Brigade van het Scheldeleger. De korpsoverste, kolonel De l’Escallier, voerde dubbel bevel over de brigade, die buiten het 12de Linie enkel een halve artilleriebatterij omvatte. Het hoofdkwartier van de brigade en de regimentscommandopost bevond zich te Merksem. Het was het 3de bataljon. Het 1ste bataljon bezette Kapellen, Wilmarsdonk en Ekeren. Het 2de bataljon was verdeeld over Hoogboom, Brasschaat en de Donk. Het regiment trok tevens de wacht op voor het Noordfort met de omliggende batterijen.

Capiaumont (in zijn “Herinneringen”, verschenen in 1877) noteert voor 29 juli de volgende getallen, om ons aldus een overzicht te geven van dit braaf en onversaagd korps van revolutiestrijders:
1ste bataljon 26 officieren 424 man
2de bataljon 27 officieren 352 man
3de bataljon 28 officieren 419 man

Slag van Kapellen – 3 augustus 1831


In toepassing van het Hollandse veldplan, ontvingen de gouverneurs van de versterkte plaatsen Bergen-op-Zoom en Breda op 31 juli het bevel mobiele colonnes te vormen. Deze moesten hun actie beginnen richting Antwerpen. Het garnizoen van Bergen-op-Zoom moest twee colonnes vormen en deze in actie brengen vóór augustus. Breda kon beschikken over één colonne van 5.000 man.
Op 3 augustus trokken aldus, vroeg in de ochtend, de twee colonnes van Bergen-op-Zoom de grens over. De rechtse colonne, aangevoerd door majoor De Bosson, omvatte twee marsbataljons en vertrok van Ossendrecht-Hogerheide. Ze arriveerde om 8 uur te Putte, waar een compagnie achterbleef. De overige manschappen gingen door tot Kapellen.
Alhoewel zijn iet de minste tegenstand ondervonden, waren zijn ongerust en zenuwachtig. Het feit, dat men voor het vormen van een “voorwaarts” beroep had moeten doen op vrijwilligers uit de twee bataljons “tengevolge der weinige bekendheid van den troep met het tirailleren en den velddienst” zegt genoeg over hun militaire kunde en hun mentaliteit.
Wupperman, kapitein van de generale staf, verhaalt in zijn “Geschiedenis van den tiendaagschen veldtocht in augustus 1831” – ’s Gravenhage 1881 -, hoe deze vrijwilligers bij het verlaten van Putte plots op een veertigtal mannen stootten, die zich na een korte schermutseling al schietend terug trokken in de richting van Kapellen. Het was de 2de compagnie van het 1ste bataljon 12de Linie, slechts bestaande uit 49 man.
De Hollanders hadden marsbataljons gevormd, door een menging van compagnies, voortkomend van verschillende bataljons:
1ste bataljon – kapitein Bosch-Van Drakenstein:
2 compagnies van de Utrechtse schutterij
1 compagnie van de Midden-Hollandse schutterij
1 compagnie van de Overijsche schutterij
2de bataljon – majoor Kinschot:
4 compagnies van de Midden-Hollandse schutterij

Dit eerste incident bracht de Hollandse compagnie, die de achterhoede vormde, reeds in verwarring. Overal dachten ze nu de vijand te zien en ze openden het vuur op alle bosjes langs de wegkant. Het moet ongeveer 10 uur geweest zijn toen de colonne Kapellen bereikte. Majoor Bosson wou hier tot ’s anderendaags blijven en nam maatregelen voor een veiligheidsgordel. Twee compagnies werden in voorwacht gesteld aan de uitgang van het dorp, richting Ekeren en Brasschaat. Drie andere compagnies stelden zich op aan de zuidingang. De twee laatste hield men in reserve in het uiterste noorden. Vele manschappen, door de marsen vermoeid, vielen ter plaatse in slaap. Alhoewel de Hollanders beweerden dat er nog Belgische soldaten in het dorp moesten zijn, werden geen aanstalten gemaakt om ze op te sporen. Dat de 2de compagnie van het 1ste bataljon nog in Kapellen zou verbleven hebben, schijnt niet met de werkelijkheid te stroken. Volgens Charpigny trokken ze zich terug in tirailleur op het bataljon. De opsteller vergist zich wanneer hij kapitein Fourny “verdediger van Kapellen” noemt. Kapellen werd niet verdedigd en de bewuste officier was trouwens op het gevechtsorder van de 1ste compagnie en niet van de 2de. De uitval van kleine groepen Hollanders naar Stabroek en Kapellen had tot gevolg dat de commandant van het 12de Linie zijn troepen in de Donk verzamelde.
Ingelicht over de bewegingen van de Hollandse colonnes, deed hij ’s morgens 3 augustus het eerste bataljon naar Kapellen en het tweede naar Brasschaat oprukken.
Het 1ste marcheerde dus op Kapellen. Het werd voorafgegaan door een voorwacht, geleverd door de 2de compagnie. Deze voorwacht kreeg contact met de Hollanders, ten noorden van het dorp.
De Hollandse uitkijkpost, genesteld in de dorpstoren, signaleerde de komst van het 1ste bataljon. Majoor Bosson wierp 4 compagnies in de aanval. Eén ervan had de opdracht de Belgische colonne langs achter en in de flank aan te vallen.
Majoor Boulanger had twee compagnies (max. 190 man) van zijn bataljon (4de Voltigeurs) naar links gestuurd, om het dorp langs die kant in te nemen. De rest van het bataljon (1ste en 2de Grenadiers) stonden in de heide opgesteld, langs de kant van de weg. De 2de compagnie, nog altijd in contact met de vijand, trok weg. Wanneer de Hollandse colonne op schietbereik gekomen was, deed een salvo hen stoppen. Ze weken terug. De Hollandse compagnie, die de Belgische colonne diende te omzeilen, en een compagnie Midden-Hollandse schutterij die te snel was opgerukt, werden in dit salvo betrokken. Ze sloegen wanordelijk op de vlucht inde richting van het dorp. Ook de twee Hollandse compagnies, opgesteld als reserve in het noorden, in de flank aangevallen door de 4de compagnie en de voltigeurs, sloegen op de vlucht.
Ondertussen had majoor Boulanger de 1ste, 2de en 3de compagnies samen met de grenadiers in colonne opgesteld en met de bajonet op het geweer, viel hij de 4de Hollandse compagnie, die nog altijd in lijn gebleven was, verbeten aan. Door de draaiende beweging van de 4de Belgische compagnie tussen twee vuren gekomen, liepen de Hollanders in wanorde weg. Ondanks de inspanningen van hun oversten nam de ganse Hollandse colonne in paniek de vlucht naar Putte, doden, gekwetsten en krijgsgevangenen achterlatend.
De achtervolging werd ingezet tot aan de grens. Charpigny zegt zelfs tot Ossendrecht.
Hollandse en Belgische verliezen zijn niet met zekerheid gekend. Majoor Van Kinschot, commandant van het 2de bataljon, bleef gekwetst in onze handen. Charpigny meldt, bij het 1ste bataljon, één gekwetste luitenant en voer onderofficieren. Eén ervan stierf ’s anderendaags. Het 3de bataljon van het 12de Linie diende niet tussen te komen, bleef Kapellen bezette, en verleende steun bij de achtervolging, ingezet door het 1ste bataljon.

Wat deed de Hollandse colonne ondertussen?
Zij werd gevormd in de streek van Roosendaal en omvatte twee bataljons en enige ruiters in onder bevel van kolonel d’Ablain van Giesenburg.
1ste bataljon – luitenant-kolonel Block de Keth:
4 compagnies van Overijssel schutterij
2 compagnies van Midden-Hollandse schutterij
2de bataljon
4 compagnies Utrechtse schutterij
1 compagnie van 10de Afdeeling Infanterie
Volgens de gegeven orders vertrok de kolonel op 3 augustus rond 4u30 naar Kalmthout, Nispen en Essen.
In Kalmthout diende er rust gegeven aan de weinig getrainde troepen, die erg te lijden hadden van de hitte op deze warme zomerdag. Zij waren geradbraakt van vermoeidheid. Dit was dan ook de reden dat kolonel d’Ablain geen hulp bood aan de colonne van Bosson, ook al was het gedonder en het gerommel van het vuurgevecht van Kapellen duidelijk te horen (de afstand Kapellen-Kalmthout bedraagt nauwelijks 9 km). Tussen 19 en 20 uur vernam hij de wanordelijke vlucht van zijn gebuur. Hij oordeelde dat zijn toestand te onzeker was, aangezien de colonne die eerst op de 4de augustus had moeten vertrekken, zijn linkerflank had moeten beschutten.
Veiligheidshalve trok hij terug op Essen, waar hij de nacht doorbracht. Dit alles is bevestigd door Champigny, die echter deze colonne tot Hoogboom laat doorstoten, waar zij teruggeslagen werd. Die avond van 3 augustus was dus de colonne van Bosson verspreid, de colonne van d’Ablain teruggetrokken naar Essen en de colonne van Breda was niet verder gekomen dan Groot-Zundert op Hollands territorium.
Het officieel rapport van de commandant van het Scheldeleger aan het Ministerie van Oorlog, met betrekking tot de slag van Kapellen, berust in de archieven van het Koninklijk Museum van het Leger. Hier volgt het:
Hoofdkwartier van Schilde 4 augustus 1831
9 uur ’s morgens
De vijand, die het deel van de brigade van de l’Escaille aanviel nam aanvankelijk voordeel en naderde de splitsing van het dorp Merksem. Daar heeft bovengenoemde kolonel, met al zijn beschikbare manschappen de vijand aangevallen, en heeft al de verloren posities heroverd. Het dorp “Cappelle” (deze oude schrijfwijze komt ook voor op de kaart van Ferraris van 1780) werd met de bajonet op het geweer stormenderhand ingenomen.
Kolonel de l’Escaille vermeld verscheidene officieren, soldaten en vooral majoor Boulanger voor hun moedig gedrag. Zijn troepen waren reeds op Hollandse bodem doorgedrongen, maar hij deed ze terugkeren op hun oude stellingen. Onze verliezen beperken zicht tot een minimum, maar deze van de vijand waren geweldig.
Majoor van Kinschot en 25 Hollandse soldaten werden gevangen genomen.
Greetings from a Little Gallant Belgian
Patrick De Wolf
Militaria-Ruilbeurs Hangar 42 Dendermonde,http://www.facebook.com/Hangar42Militaria
There is a very fine line between "hobby" and "mental illness".
Gebruikersavatar
Paddy
Berichten: 7570
Lid geworden op: 28 mei 2011 10:25
Locatie: Dendermonde, Idiot Trench
Contacteer:

Re: De 10-daagse Veldtocht, Slag van Kapellen – 3 augustus 1

Bericht door Paddy »

Paddy schreef:
Lingekopf schreef:Mooi stuk geschiedschrijving! Ik zal eens zien of ik er het Hollandse verslag tegenover kan zetten. Misschien heeft iemand anders dat al paraat.
De 10-Daagse Veldtocht Vanuit Nederlands standpunt:
http://sneijders.eu/Dienstplicht.html
Greetings from a Little Gallant Belgian
Patrick De Wolf
Militaria-Ruilbeurs Hangar 42 Dendermonde,http://www.facebook.com/Hangar42Militaria
There is a very fine line between "hobby" and "mental illness".
Gebruikersavatar
Paddy
Berichten: 7570
Lid geworden op: 28 mei 2011 10:25
Locatie: Dendermonde, Idiot Trench
Contacteer:

Re: De 10-daagse Veldtocht, Slag van Kapellen – 3 augustus 1

Bericht door Paddy »

marcbrans schreef:Dat was een heel leuk artikel om te schrijven Patrick :wink:
Leuk om het hier nog eens tegen te komen.

Marc
Greetings from a Little Gallant Belgian
Patrick De Wolf
Militaria-Ruilbeurs Hangar 42 Dendermonde,http://www.facebook.com/Hangar42Militaria
There is a very fine line between "hobby" and "mental illness".
Plaats reactie

Terug naar “1830-1914”